Identiteit (13) Amber Hotting

26 juli 2023     Redactie leerlingen Graaf Engelbrecht

 

Burgerschap is een verplicht onderdeel van Graaf Engelbrecht in het lesprogramma. Onder de noemer ‘Sterke Karakters’ heeft Graaf Engelbrecht gekozen voor een drietal domeinen: Identiteit, Rechten en Plichten en Geletterdheid. Bij het domein ‘identiteit’ hebben leerlingen uit havo 5 en atheneum 6 interviews gehouden met o.a. grootouders. De diepgang en de besproken onderwerpen zijn ontroerend, grappig, herkenbaar, liefdevol en hebben de band tussen verschillende generaties versterkt. Deze week: onderdelen uit een interview met de opa en oma van Amber uit havo 5.

 

Mijn oma heet Diema Hotting, ze is geboren op 10 oktober 1948 en is een Rotterdammer in hart en nieren. Mijn opa heet Sjaak Hotting, geboren op 21 maart 1946 en is, net als oma, in Rotterdam geboren. Ze zijn in 1970 getrouwd, wat uitkomt op 53 jaar in 2023. Samen wonen ze nog altijd in dezelfde flat in Hoogvliet, Rotterdam. Ze hebben samen twee kinderen, vijf kleinkinderen en een achterkleinkind.

 

Oma is 74 jaar oud en is een echte powervrouw. Oma is de meest zorgzame persoon die ik ken en zet anderen altijd boven zichzelf. Tijdens mijn jeugd kwam oma elke dag langs om voor mij te zorgen, me weg te brengen naar en op te halen van school, en te zorgen dat ik altijd op tijd in bed lag. De laatste tijd zijn er veel dingen veranderd en heeft ze wat tegenslagen moeten doorstaan, maar alsnog draagt oma elke dag de zorg voor mijn opa en ze zal tot haar dood blijven zorgen voor haar geliefden. Met de gedachte aan haar kinderen, kleinkinderen en achterkleinkind zal ze nooit opgeven.

 

Opa is recent 77 geworden. Hij kampt vaak met zijn gezondheid, maar is een echte doorzetter, vooral voor zijn familie. Opa is een erg gevoelig, maar ook vooral moedig persoon. Ondanks zijn gezondheidsproblemen zal hij er altijd voor zijn familie zijn en gaat er geen seconde voorbij zonder dat hij aan zijn familie denkt.

 

In 1970 hebben opa en oma hun eerste kind mogen verwelkomen, mijn tante Petra. Twee jaar later kwam haar broer, oftewel mijn vader, Mario. Tijdens het opgroeien hebben opa en oma altijd een goede band gehad met hun kinderen. Petra is toen ze volwassen was naar Engeland verhuisd, en is hier getrouwd. Zo hebben opa en oma vanuit Petra vier kleinkinderen gekregen: Erica, Kimberly, Daniel en Miriam. Erica is recentelijk getrouwd en woont nu in Zwitserland met haar man en pasgeboren dochtertje, en tevens opa en oma’s eerste achterkleinkind, Adelaide. Na Daniel ben ik geboren in 2006, opa en oma’s vierde kleinkind.

 

Allereerst wil ik benadrukken dat beiden geboren zijn na de oorlog. Hierdoor heb ik dus geen vragen kunnen stellen over het verloop voor, tijdens en na de oorlog. Beiden leefden wel tijdens de wederopbouw van Nederland en zijn dus ook opgegroeid in dit tijdperk. Allebei hebben ze hier niet specifiek veel van meegekregen, maar toch is te merken dat het tijdperk waarin zij opgegroeid zijn erg verschilt van de huidige generaties.

 

School/werk

Wat voor onderwijs heeft u gevolgd?

Oma: Ik heb het lager onderwijs (basisschool, middelbare school) gevolgd en enkele jaren doorgebracht op de huishoudschool. Op de huishoudschool leerden jonge meiden vooral huishoudelijke taken, zoals koken en de basisvaardigheden van het onderhouden van een huishouden.

Opa: Ik heb ook het lager onderwijs gevolgd en heb tijd doorgebracht op de ambachtsschool (tegenwoordig bekend als lts, vooral jongens werden hier opgeleid in de techniek en ambacht, zoals tot beroepen als timmerman of elektricien). Ook hadden we in die tijd de zondagsschool.

 

Heeft u in de militaire dienst gezeten?

Oma: Nee, in deze tijd mochten vrouwen niet de militaire dienst in en was ik vooral druk bezig met het helpen van mijn moeder in de huishoudelijke dienst.

Opa: Ja, ik heb een aantal jaar als soldaat gewerkt. Ik werkte vooral als soldaat op paard.

 

Heeft het feit dat u een vrouw bent voor beperkingen gezorgd?

Oma: Nee, het was erg gebruikelijk in die tijd. Vaak was het probleem het verschil in milieus; ik wou altijd al verpleegkundige worden, maar ik ben opgegroeid in een armer milieu, waardoor ik nooit een studie heb kunnen volgen door de kosten die eraan vast zaten. Vooral de rijkere mensen waren hoogopgeleid, het was dus niet per se gebonden aan de rechten die wij als vrouwen hadden. Zelf heb ik dus niet echt ervaringen gehad met beperkingen door mijn geslacht.

 

Heeft de feministische golf uw leven beïnvloed, merkte u hier iets van?

Oma: Ja, er waren na de feministische golf meer mogelijkheden voor vrouwen, maar als je iets wilde wat algemeen (werk, studie, onderwijs, etc.) was moest je hier ook echt voor vechten.

 

Werkte u vroeger, wat voor werk was dit?

Oma: Vroeger hielp ik mijn moeder altijd mee in huishoudelijke klusjes. Niet alleen bij ons thuis, maar ook bij mensen zoals mijn oma hielp ik mee.

Opa: Ik hielp mijn vader vroeger altijd in de haven. Hij werkte in de scheepsbouw.

 

Wat is/was uw beroep?

Oma: Ik werkte altijd op kantoor voor het Algemeen Dagblad. Ik heb ook nog in de textielwinkel gewerkt waar we lappen textiel verkochten. Hierna heb ik de rest van mijn leven tot mijn pensioen gewerkt in de Albert Heijn achter de kassa.

Opa: Ik werkte eerst op kantoor. Door mijn vader had ik altijd al een passie voor de haven. Op kantoor kreeg ik de mogelijkheid om een jaar in het buitenland in de haven te werken. Hierdoor is mijn passie nog verder opgebloeid en ben ik begonnen in de scheepsbouw. Hierna was ik vooral bezig met laden en lossen.

 

Waarom bent u dit gaan doen?

Oma: Er was niks anders, of het was op kantoor of in de winkel, studeren was erg duur. Ook was het gebruikelijk als vrouw om moeder te helpen met het huishouden

Opa: Ik vond de haven altijd al interessant doordat het in de familie zat. Dit is eigenlijk een beetje uitgegroeid tot mijn baan.

 

Hoe vond u deze baan?

Oma: Ik vond mijn werk altijd wel zwaar, maar wel altijd leuk.

Opa: Ik heb altijd met heel veel plezier mijn werk uitgevoerd.

 

Familie

Hoe groot was het gezin waarin u bent opgegroeid?

Oma: Vier personen, vader, moeder, broer en ik zelf.

Opa: Ik ben met zestien personen in totaal opgegroeid. Mijn ouders hadden veertien kinderen, waaronder ikzelf.

 

Was er een religie in uw familie, was/bent u streng gelovig?

Oma: Nee, we hadden geen religieuze familie, ik geloof in mezelf (ja, dit zei ze echt).

Opa: Mijn ouders waren Nederlands Hervormd, alleen waren ze niet echt streng gelovig. Ik ben dus zelf ook nooit gelovig geweest.

 

In wat voor huis woonden jullie?

Oma: Wij woonden vroeger met zijn vieren in een rijtjeshuis, een driekamerwoning. Ik sliep samen met mijn broer op je kamer.

Opa: We woonden met veertien mensen in een etagewoning met drie verdiepingen. We woonden boven een café. Ons huis was een eengezinswoning.

 

Hoe is de relatie met uw ouders, broers en zussen?

Oma: Mijn ouders zijn al een tijd overleden. Ik heb wel altijd een goede band met ze gehad en ik heb nog steeds een goede band met mijn broer. Mijn ouders zijn gescheiden en mijn vader is toen vertrokken naar Canada. Ik ben hem later gaan opzoeken met opa en mijn kinderen. Mijn moeder is later opnieuw getrouwd, ik had ook een goede band met mijn stiefvader.

Opa: Ook mijn ouders en vier van mijn zussen zij overleden, maar ik heb altijd een goede band gehad met hen en heb nog steeds een hele hechte band met mijn resterende broers en zus.

 

Werd u streng opgevoed, waarin merkte u dit?

Oma: Vanzelfsprekend, vrouwen werden sowieso strenger opgevoed.

Opa: Ik ben niet echt streng opgevoed, wel altijd met respect opgevoed.

 

Hoe heeft u uw echtgenoot ontmoet?

Opa & oma: Oma was bevriend met een zus van opa, ze kwam daar vaak thuis, en ze gingen samen naar de dansschool waar vaak feestjes waren en waar ze dus ook samen heen gingen.

 

Hoe is de band met uw kinderen?

Opa en oma hebben altijd een goede band gehad met hun familie, er is heel veel liefde in hun familie.

 

Bent u vaak verhuisd?

Opa en oma zijn allebei maar twee keer verhuisd.

 

Wat waren bijzondere familieactiviteiten?

Oma: We gingen altijd met elkaar op vakantie, via het werk van hun opa konden we naar hun familiepark met een bus die je bestelde. Ook hadden we vroeger een brommer (Solex).

Opa: Zaterdag en zondag aten we altijd soep, dat is altijd bij ons een traditie gebleven.

 

Vrije tijd

Had u vroeger veel vrije tijd?

Oma: Nee, ik was veel bezig met school en later met werk, ook was ik vroeger veel bezig in het huishouden.

Opa: Ik had redelijk veel vrije tijd, alleen werkte ik wel vaak continudiensten.

 

Wat deed u vroeger/nu graag in uw vrije tijd?

Oma: Vroeger deed ik graag aan sport, nu doe ik veel aan borduren, zingen en lezen.

Opa: Ik deed vroeger veel aan vrijwilligerswerk, nu doe ik graag aan puzzelen.

 

Heeft u een sport beoefend?

Oma deed vroeger veel aan sport als turnen en aan vechtsport, opa voetbalde tot zijn achttiende.

 

Mocht u op zondagen sporten?

Opa en oma waren niet religieus en konden dus gewoon op de zondag sporten.

 

Corona

Voor welke beperkingen heeft het coronavirus gezorgd in uw leven?

Oma: Het koor waarin ik zong is opgeheven, ik kon weinig op visite gaan (minder contact), we konden niet op vakantie, ik voelde me erg beperkt in doen en laten.

Opa: Ik heb zelf twee keer corona gehad en ik was hierdoor heel erg kortademig. Hierdoor kon ik weinig doen. Ook zag ik mijn kinderen en kleinkinderen weinig door de pandemie.

 

Voelt u zich eenzamer door het virus?

Beiden geven aan zich eenzamer te voelen door het virus, en dat ze in die tijd heel veel sociale contacten hebben gemist.

 

Heeft u de kennis om online contacten te leggen?

Oma: Ik heb goed genoege kennis om contacten te kunnen leggen.

Opa: Ik kan alleen bellen, voor de rest ben ik totaal niet digitaal handig.

 

Hoe ziet een dag er voor u uit?

Oma: Mantelzorgen, het huis opruimen, administratieklusjes, boodschappen doen, af en toe koken.

Opa: Ontbijt, wassen, aankleden, vaak doktersbezoeken, fysio twee keer per week, koken, afwassen, tv kijken.

 

Wat mist u op dit moment het meeste in uw leven?

Oma: Ik spendeer veel tijd met het zorgen voor opa, dus ik verlang wel naar wat vrijheid en rust. Ik mis een beetje die oude dag cultuur die je vaak bij ouderen ziet, gewoon het genieten van je oude dag.

Opa: Ik mis vooral de sociale omgang met mensen. Het grootste gemis is dat ik mijn kinderen en kleinkinderen niet veel kan zien.

 

Kunt u hulp vragen om bijvoorbeeld via Ipad, telefoon, computer, etc. contacten te leggen?

Oma en opa geven beiden aan dat ze hier hulp bij kunnen vragen aan kinderen en kleinkinderen, en dat hun zoon regelmatig langskomt om dingen die digitaal moeten gebeuren te helpen op te lossen.

 

Wereld

Heeft u veel landen bezocht in uw leven?

Oma en opa hebben samen een aantal landen bezocht: Canada, Griekenland, Frankrijk, Engeland, Duitsland, Oostenrijk en Amerika.

 

Welke landen zou u graag nog is willen bezoeken?

Oma en opa geven beiden aan nog een keer naar Engeland en Zwitserland te willen. Dit is vooral doordat familie hier woont.

 

Wat vond u de mooiste/ meest speciale plek?

Oma en opa vonden Canada allebei de mooiste plek die ze hebben bezocht, vooral omdat oma haar vader is gaan opzoeken met opa en hun zoon. Dit was voor hen allemaal een speciaal moment

 

Dromen

Welke droom/ambitie heeft u nog op het verlanglijstje staan?

Oma: Ik zou heel graag nog een keer met mijn kleinkinderen naar Disneyland willen. Hier spaar ik ook al heel lang voor. Verder zijn mijn wensen dat ik en mijn familie gezond blijven en dat ik er altijd voor mijn man, mijn kinderen, mijn kleinkinderen en voor mijn achterkleinkind kan blijven zijn.

Opa: Mijn allergrootste droom is mijn kleinkinderen en achterkleinkind zien in Engeland, ik mis ze heel erg.

 

Tijdens het interview waren opa en oma beiden wat emotioneel bij de laatste vraag. Ze geven zeer veel om hun familie en hopen dat ze deze dromen ooit nog kunnen waarmaken.

Terug Schrijf reactie

Reacties:

29 juli 2023 - 10:09:46
Bianca de Bree

Wat een ontzettend mooi familieverhaal. Het straalt in alle opzichten warme en betrokkenheid uit... Ik denk dat je ontzettend boft met deze familie.

^ Naar boven