Onder de noemer ‘Open voor jou’ hielden leerlingen van Graaf Engelbrecht bij het domein identiteit als onderdeel van het vak burgerschap interviews met ouderen. Deze keer de opa van Veerle uit Havo 5.
Ik heb mijn opa Joost van Poppel geïnterviewd. Hij is geboren in 1947 in het stadje Klundert. Dit ligt nu in gemeente Moerdijk in de provincie Noord-Brabant.
Wat voor invloed heeft de oorlog op uw jeugd gehad?
Mijn opa heeft de oorlog zelf niet meegemaakt. Hij is twee jaar na het einde van de Tweede Wereldoorlog geboren. Hij kan zich wel herinneren dat er veel verwoeste huizen waren. Veel mensen waren arm. Opa woonde met zijn vader, moeder en broers in een klein huis. Er was geen geld, maar toch vond opa dat ze alles hadden wat er nodig was. Ze hadden bijvoorbeeld een eigen moestuin.
Wat kunt u nog vertellen over de watersnoodramp?
Dat gebeurde in 1953. In Klundert heb je een hoog en laag gedeelte. Opa woonde in het lage gedeelte. Het stormde al een paar dagen heel hard. Zij werden ’s nachts wakker gemaakt door buren die bonkten op de ramen en deuren, er werd ook geroepen dat het water er aan kwam. Ze zijn toen uit bed gegaan en de vader van opa heeft hen toen te voet drie kilometer verderop naar een hoger en veiliger gebied van Klundert gebracht.
Uiteindelijk kwam ook daar het water en moesten ze opnieuw vluchten. Ze zijn toen naar een café gelopen in Zevenbergen. Een auto hadden ze niet. Opa was nog nooit in een café geweest. Er kwamen daar meer mensen die op de vlucht waren voor het water naar toe. Een dag later zijn ze met een bus naar Ossendrecht gebracht naar een militaire kazerne. Dat was ook weer een hele belevenis. Opa had nog nooit in een bus gezeten. In de kazerne zijn ze een paar dagen gebleven en toen zijn ze naar Eindhoven gegaan. Daar hebben ze als evacués een aantal weken bij een leuk gezin gewoond.
Uiteindelijk zijn ze terug gegaan naar Klundert. Daar hebben ze bij een boer achter de dijk gewoond. Toen het water weer weg was zijn ze het huis gaan schoonmaken en daar weer gaan wonen. Een paar maanden zijn ze nog een keer verhuisd naar een ander huis net buiten Klundert. Ze verhuisden met paard en wagen!
Wat voor onderwijs heeft u gevolgd?
Eerst heeft opa op de lagere school gezeten. Hij vond het wel leuk om naar school te gaan. Er zaten meer dan dertig kinderen in de klas. Het was best streng op school. Je moest stil zitten en luisteren met je armen over elkaar. Hij vond de vakken tekenen, aardrijkskunde en geschiedenis heel leuk. Hij kan zich nog herinneren dat een van de leraren heel mooie geschiedenisverhalen kon vertellen.
Na de lagere school ging opa naar de landbouwschool. Zijn vader en moeder vonden het eigenlijk niet zo’n goede keuze. Zij wilden liever dat hij naar de LTS of naar de mulo zou gaan. Maar opa wilde boer worden. Na de landbouwschool ging bij een boer werken. Dat vond hij toch minder leuk dan dat hij had gedacht. Opa ging daarom zo snel mogelijk in militaire dienst.
Welke beroepen heeft u gehad?
Opa heeft eerst in de landbouw gewerkt maar dat leverde financieel niks op en op dat moment waren de mogelijkheden om boer te worden ook niet echt aanwezig. Dus dat heeft hij maar een aantal jaar gedaan. In 1966 ging opa als dienstplichtig militair naar Maastricht, en daarna naar Oirschot. Vanuit Oirschot deden ze diverse oefeningen in Duitsland. Daarna heeft opa ook nog een commando-oefening gedaan in Roosendaal. Hij zat bij de infanterie. Opa is in 1968 weggegaan uit militaire dienst en is toen weer in de landbouw gaan werken omdat hij nog geen ander werk had…
Daarna is hij bij de politie gaan werken. Hij is een jaar in opleiding in Heerlen geweest en daarna werd hij agent in Breda. Hij begon bij de surveillancedienst. Vervolgens was hij een aantal jaar motoragent en daarna heeft hij zeven jaar bij de bereden politie gezeten. Toen werd hij bevorderd tot brigadier en heeft hij een aantal jaar bij de recherche gewerkt en ook bij het Recherche Bijstand Team (RBT). Daarna is opa bij de Mobiele Eenheid (ME) groepscommandant geweest. Hij wilde steeds nieuwe uitdagingen aangaan en heeft daarom op diverse afdelingen gewerkt.
Hoe vond u deze banen?
De favoriet van opa is dan toch echt wel de recherche maar de andere functies vond hij ook erg leuk. Opa vond de ME minder leuk omdat hij veel met agressie te maken had en daar houdt opa niet van.
Hoe groot was het gezin waarin u bent opgegroeid?
Opa komt uit een gezin met 6 kinderen, 4 jongens en 2 meisjes, de meisjes zijn een tweeling. Zijn zusjes zijn net na de watersnoodramp geboren. Dat het een tweeling was, was een verrassing en je wist in die tijd ook niet of het een jongen of een meisje zou worden. Opa heeft een goede relatie met zijn broers en zussen. Er is nooit ruzie.
Ze wonen nu verspreid door het hele land. Hierdoor zien ze elkaar niet zo vaak. Ze gaan wel naar verjaardagen. Verder zien ze elkaar ook wel bij bijzonderheden en opa belt zijn broers en zussen af en toe op om bij te praten.
Was/bent u streng gelovig?
Opa is opgegroeid in Klundert. Daar waren veel mensen protestant. Ze moesten zich wel aan de regels houden en het gezin van opa ging op zondag twee keer naar de Gereformeerde kerk. In die tijd ging bijna iedereen naar de kerk. In Klundert stonden een Rooms-Katholieke kerk, een Hervormde kerk, een Gereformeerde kerk en een Christelijk gereformeerde kerk. Er werden vooral christelijke boeken gelezen en er werd naar hoorspelen op de christelijke radiozender geluisterd. Vrienden en familie gingen allemaal naar de kerk. Ze protesteerden er niet tegen, het hoorde bij die tijd. Opa vindt dat hij vroeger liberaal werd opgevoed. Er waren regels maar er mocht in hun gezin ook best veel. Opa is nog steeds gelovig maar niet meer zo streng als vroeger.
Hoe heeft u uw echtgenote ontmoet?
Oma was het zusje van de buurvrouw van opa, dus ze ontmoetten elkaar regelmatig. Ze kregen verkering en zijn na twee jaar getrouwd. De band tussen opa en zijn kinderen is goed. Ze wonen allemaal binnen een straal van tien kilometer van opa en oma vandaan dus ze zien elkaar regelmatig. Opa en mijn moeder hebben bijvoorbeeld al jaren dezelfde hobby, paardensport. Zij hebben samen ook een paard. Opa en oma passen ook al jaren op al hun kleinkinderen op. Inmiddels hebben ze er tien.
Wat waren bijzondere familieactiviteiten?
Vroeger gingen opa en oma samen met hun kinderen op pad. Op vakantie naar een camping en dagjes weg. Opa is vorig jaar met de kleinzoons gaan varen en kamperen in de Biesbosch. Oma gaat ieder jaar met de kleindochters een dagje op stap. Een paar jaar geleden is opa nog met zijn zoons en schoonzoons naar Oostenrijk geweest. Daar hebben ze een huttentocht in de bergen gelopen. Hij heeft daarna met zijn dochters op de Veluwe een dag gefietst en gelopen.
Wat deed u vroeger graag in uw vrije tijd?
Opa zat, net als zijn vader en broers, bij de fanfare Determinato. Opa speelde eerst op een althoorn, later op de trombone. Ze repeteerden het hele jaar om tijdens allerlei feestdagen op te treden. Sinds 1975 is opa actief in de paardensport. Hij heeft bij de bereden politie goed leren paardrijden. Later heeft hij zelf ook paardrijles gegeven bij een ponyclub. Hij heeft ook jaren op paarden van andere mensen gereden. Een paar jaar geleden werd het veulen van een van die paarden het paard van opa en mijn moeder. Opa vindt het leuk om paard te rijden en vindt aangespannen rijden ook leuk. Zelf ben ik ook weleens mee geweest. Toen zagen we reeën en zijn we onderweg in het bos gestopt om gezellig iets te drinken. Opa vindt het leuk om te fietsen. Hij fietst nog regelmatig routes van ongeveer 50-60 km. Vroeger ben ik zelfs een keer met opa op de fiets van Breda naar Klundert heen en weer gefietst, dat is ongeveer 40 km. Ik weet nog dat ik onderweg een heel groot, lekker ijsje kreeg.
Heeft u veel landen bezocht in uw leven?
Frankrijk een Oostenrijk zijn de favoriete vakantielanden van opa en oma. Ze zijn het vaakst in Oostenrijk geweest.
Verder zijn ze bijvoorbeeld ook nog in Spanje, Noorwegen, Marokko, Engeland en op Kreta geweest.
Opa is twee keer in Afrika geweest. De eerste keer maakte hij met mijn oma samen een rondreis door het zuiden van Afrika. Ze hebben daar ook de ‘big five’ gezien wat opa erg bijzonder vond. Dat vonden ze een geweldige reis.
Later ging opa met een groep mensen nog een keer naar Afrika. Hij heeft daar geholpen met het bouwen van huisjes voor de mensen die daar wonen. Opa vond de reis naar Afrika echt heel mooi.
Welke landen zou u graag nog is willen bezoeken?
Opa en oma gaan nog steeds met de caravan op vakantie. In het voorseizoen kiezen ze meestal een leuke plek in Nederland. Ze gaan ook nog wel eens met de caravan naar Frankrijk.
U heeft drie boeken geschreven, wat kunt u hierover vertellen?
In 2011 heeft opa zijn levensverhaal opgeschreven en daar een boek van gemaakt. Hij kijkt terug op zijn leven en is dankbaar voor de mooie dingen die hij heeft meegemaakt. Een paar jaar geleden heeft opa de korte verhaaltjes die hij tijdens het oppassen aan zijn kleinkinderen vertelde in een boek gebundeld. Om de verhaaltjes spannend te maken, fluisterde hij die in je oor. Mijn moeder heeft de illustraties voor dat boek gemaakt en mijn oom heeft het geredigeerd. Nog niet zo lang geleden heeft opa een boek uitgegeven over de bereden politie in Breda. Er was eerder nog weinig over vastgelegd. Hij heeft 87 exemplaren van dit boek verkocht.
Welke droom/ambitie heeft u nog op uw verlanglijstje staan?
Als droom heeft opa nog dat hij oud mag worden en dat hij alle kinderen en kleinkinderen nog mag zien opgroeien en dat wij nog wereldwijde vrede mee mogen maken. Als ambities heeft opa nog ooit een nieuw paard kopen (toen dit interview werd afgenomen was net het paard van opa en mama overleden. Intussen hebben ze weer een nieuw paard gekocht). En opa wil nog vaak samen met oma op vakantie met de caravan.