Aloysius van Gonzaga (slot)

23 juni 2023     Redactie en fotografie Geert Dekkers

Nierpatiënten krijgen na verloop van tijd vochtophoping in de onderbenen. De jongen lijkt zich hiervoor te hebben geschaamd: buiten de kloostermuren heeft hij grote angst voor de wind. De vrouwen kunnen dan een stukje van zijn naakte enkel zien als zijn gewaad opwaait. Zijn engelachtige schoonheid zou de lust kunnen opwekken van vrouwen en dit zou hem in verleiding kunnen brengen de dames aan te kijken met alle gevolgen van dien.

 

Aloysius ervaart zijn lieflijke uiterlijk dan ook als een zware beproeving, een straf. Alleen door zijn mooie lichaam dagelijks tot bloedens toe kapot te slaan kan de duivel in toom worden gehouden en wordt hij weer even het brave jongetje van zijn hemelse moeder de maagd Maria.

 

Aloysius heeft nog steeds goede banden met zijn familie. Als er aan het thuisfront een grote ruzie is in het gezin vertrekt hij voor een jaar naar het kasteel in Castiglione delle Stiviere om de boel te sussen. Als de pest uitbreekt in Rome gaat Aloysius, evenals zijn grote voorbeeld kardinaal Carolus Borromeus uit Milaan de pestlijders verplegen.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Aloysius heeft gezien dat de kardinaal daardoor immens populair werd. Voor geestelijken uit die tijd een fel begeerd doel, omdat dit een heiligverklaring mogelijk maakt. Zeker voor een geestelijke met een adellijke achtergrond is dit een enorme meerwaarde voor de familie.

De abt is verantwoordelijk voor de veiligheid van de monniken en vreest de grote besmettelijkheid van de dodelijke epidemie. Hij gebiedt Aloysius alleen nog maar zieken te verplegen die niet aan een besmettelijke ziekte lijden. De teleurgestelde Aloysius gehoorzaamt en houdt zich ver van de pestlijders.

 

De nieraandoening verergert en veroorzaakt vochtophoging in het gehele lichaam. Op historische afbeeldingen in de kunst zien we de heilige met een opgezwollen gezicht op zijn sterfbed. Zijn ziekte duurde drie maanden.

Volgens het officiële verhaal krijgt de jongen de pest en wordt hij in het klooster door zijn medebroeders verpleegd. Dit staat haaks op het verhaal over de alerte abt van het klooster die er alles aan deed de dodelijke ziekte buiten de kloostermuren te houden.

 

In de vita van de heilige is daar een mooie wending aan gegeven: de stank en vuiligheid van het hospitaal werken louterend op de drieëntwintig jarige verpleger. Naast de dagelijkse zelfkastijding ervaart hij deze kwelling als een geschenk uit de hemel. De stervenden zien in hem een engel die er alles voor over heeft hen te redden.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Toch kan hij het niet laten zijn naastenliefde in het openbaar te tonen. Daarom neemt hij af en toe stervenden die hij in de straten van het oude Rome aantreft over de schouder om ze naar een ziekenopvang te brengen. Een vergelijk met de barmhartige Samaritaan is snel gemaakt. Hierdoor wordt hij juist besmet met de pest.

Zijn bezorgde medebroeders trekken alles uit de kast om Aloysius er weer bovenop te krijgen. Toch wil de doodzieke jongeman iedere dag flink afgeranseld worden met de zweep. Hij geniet daar van. Aloysius weet zijn gechoqueerde medebroeders over te halen tegemoet te komen aan zijn wens. De gelukzalige glimlach op zijn gezicht na de dagelijkse marteling maakt veel goed. Aloysius is dan weer even gelukkig. Hij is dan weer even het beste jongetje uit de klas voor zijn hemelse moeder.

Op 21 juni 1591 wordt hij verlost uit zijn lijden.

 

  

 

Ruim een eeuw later is het steeds weer aangepaste levensverhaal zo bijzonder dat een heiligverklaring niet uit kan blijven. Na de benodigde twee wonderen wordt Aloysius in 1726 opgenomen in de heiligenkalender. Hij wordt uiteindelijk de trots van de familie al maakt zijn vader dit niet meer mee.

 

 

 

 

 

Terug Schrijf reactie

^ Naar boven