Valentijnsdag wordt gevierd op 14 februari. Liefde en vriendschap worden gedeeld met kaarten, rozen en cadeautjes. Deze dag is vernoemd naar en verbonden aan de heilige Valentinus of Valentijn van Rome. Dat is vreemd, omdat deze heilige in zijn leven niets met verliefde stelletjes van doen had. Toch kunnen dingen raar lopen, ook na een mensenleven.
Op Valentijnsdag geven mensen die elkaar aardig vinden iets leuks om de vriendschap te vieren. Ook geliefden laten op deze manier aan elkaar zien dat ze van elkaar houden. Dit gebruik bestaat al zeker tweeduizend jaar. In de Noord-Europese landen waar de Germanen woonden geloofde men dat op deze dag in het jaar de vogels besloten met wie ze een nestje zouden gaan bouwen waarin de eieren werden gelegd. Het was op deze dag dat de vogeltjes met elkaar paarden. Reden voor een feestje.
Een van de gebruiken was dat er lootjes getrokken werden met wie je het komende jaar om zou gaan. Er werd zo bepaald wie elkaars vriend of vriendin zou worden. Mooie manier van socialiseren. In het oude Rome vierde men op deze dag een vruchtbaarheidsfeest waar Pan, de natuurgod, een belangrijke rol in speelde. De Romeinen hadden dit feest overgenomen van de Grieken die zes eeuwen voor Christus op deze dag al een vruchtbaarheidsfeest vierden. Daarin stond de god Pan centraal. Hij wordt afgebeeld met bokkenpoten en een fluitje waarop hij vrolijke verleidelijke deuntjes speelt. In het oude Rome werden uit een grote kom steentjes getrokken. Op die steentjes stond de naam geschreven van de partner met wie je het feest uitbundig kon gaan vieren.
De heilige Valentinus of Valentijn die de dag zijn naam gaf leefde rond het jaar 250 als priester in het oude Rome. Het Christendom was in die tijd nog niet geaccepteerd en daarom werd hij vanwege zijn geloof flink gemarteld. Tijdens zijn intense pijnigingen genas hij het blinde dochtertje van zijn beulen. Een wonder. Valentinus werd door de keizer voor zijn wonderbaarlijke genezing beloond met onthoofding op 14 februari. De echte beloning bestond uit een heiligverklaring en een duizenden jaren durende beroemdheid. Zijn naam wordt ieder jaar door bijna iedere aardbewoner uitgesproken: Valentijn.
Toen Willibrordus en zijn collega-missionarissen Europa kwamen kerstenen werd op het heidense vruchtbaarheidsfeest op 14 februari een christelijk etiket geplakt. De uitspattingen in Rome waren een doorn in het oog van de preutse missionarissen en dat moest worden gestopt met een Christelijk sausje. Toevallig was 14 februari de sterfdag van de heilige Valentijn. Het had dus ook zomaar een andere heilige kunnen zijn.
Sinds die tijd stond de Romeinse priester ineens symbool voor verliefdheid, vruchtbaarheid en vriendschap. Valentijn werd vanwege de vruchtbaarheid ook een van de heiligen van de imkers. Want in het verhaal over de bloemetjes en de bijtjes, dat ook symbool staat voor het stichten van een gezin, staat honing centraal.
In de middeleeuwen stuurden geliefden elkaar op Valentijnsdag mooie kaarten. De oudst bekende Valentijnskaart dateert van rond het jaar 1400. In de moderne tijd werd ook Cupido, de goddelijke en eeuwig jonge zoon van de liefdesgodin Venus, aan het verhaal toegevoegd. Deze gevleugelde deugniet schoot met zijn boog een pijl door de harten om mensen verliefd op elkaar te laten worden.
Ook tv-programma’s besteden jaarlijks aandacht aan het fenomeen: