In deze coronacrisis zijn veel mensen eenzaam, in het bijzonder ouderen. Daarom hebben leerlingen van Graaf Engelbrecht interviews afgenomen bij deze ouderen om de eenzaamheid iets te verlichten. Deze week is de beurt aan de oma van Daan.
Daan: In dit interview ga ik u een aantal vragen stellen over uw jeugd. Ik begin met wat vragen over uw thuissituatie. Waar bent u opgegroeid?
Miep: Ik ben opgegroeid in Berghem dat is een dorp in de buurt van Oss. Ik ben opgegroeid in een groot gezin met wel twaalf kinderen: drie jongens en negen meisjes.
Daan: Hoe was het om in een groot gezin op te groeien?
Miep: Het was druk, maar het was een hechte familie. Er is altijd wel iemand om je heen en dat maakte het nooit saai. En natuurlijk is er af en toe wat ruzie, maar dat hoort erbij. En we sliepen met veel op een kamer, dat gebeurt nu nauwelijks meer.
Daan: Werd u streng opgevoed vroeger?
Miep: Nee wij werden niet streng opgevoed. Het was een fijne jeugd, we konden allemaal onze gang gaan. Wel moesten de oudere broers en zussen een soort verantwoordelijkheid nemen over de jongere gezinsleden, maar de opvoeding was zeker niet streng.
Daan: Als u niet streng opgevoed was dan was u waarschijnlijk ook niet streng gelovig.
Miep: Nee dat klopt. Wij waren geen streng gelovig gezin. We zijn katholiek opgevoed, maar niet streng. Wel gingen we altijd zaterdag naar de kerk.
Daan: In de loop van de jaren zijn er steeds minder Nederlanders die naar de kerk gaan en er zijn ook veel kleinere gezinnen gekomen. Dit is wel een grote verandering.
Miep: Ja, dat is inderdaad een grote verandering. Nederland is natuurlijk een stuk welvarender geworden en dit brengt natuurlijk verandering met zich mee. Gezinnen worden kleiner en de kerk wordt een stuk minder belangrijk. Dat was vroeger heel anders.
